Een deel van de verlichting.

kosmospiraat en smithson

‘Zullen we het enzym eens ter discussie stellen?’ Dat was de vraag waarmee Smithson de stilte doorbrak. Ik dacht aan wraakroepende perversiteiten die ik in mijn geest per categorie aan het behandelen was. Ik voelde mij een gynaecoligische brandweer die een vrouw wier onderkant in brand stond diende te blussen. Voor mijn neus sprongen beelden van priesters die smeerlapperijen uithaalden met misdienaartjes om ze vervolgens te gebruiken als bijzettafeltje om hun stinkvoeten op te laten uitzweten. Ik werd overmand door vieze gedachten. Ik was wakker maar wist niet of ik terug de oude was. Of ik wel terug de oude wou zijn. In de uithoeken van mijn geest, voelde ik mij bijzonder. Er was iets veranderd en onbegrijpelijk hoopte ik niet dat het binnenkort allemaal over zou zijn. Meer en meer putte ik genot uit de angst die zich aan het loswurmen was uit mijn eigen ziel. Waar was mijn leven naar op weg? Deze vragen behoorden niet meer tot de orde. Ik was er quasi zeker van dat ik nog aan het na-ijlen was van mijn bijna-dood ervaring en had barstende hoofdpijn en vroeg Smithson of het wel mogelijk was om het over het enzym te hebben.

‘In de wereld van het enzym is alles mogelijk,’ was zijn antwoord. Smithson wond er geen doekjes om. Hij wist waarover hij sprak en praten deed hij niet om de tijd te verdrijven.

Voor we begonnen te praten, gaf hij mij een klap op mijn gezicht om te zien of ik wel degelijk wakker was. De tik kwam zo hard aan dat ik het gevoel had dat hij mijn hoofd van mijn romp had geslagen. Gelukkig bezat ik de kracht om niet opnieuw van mijn stokje te gaan. Elke dag loop je immers gevaar dat het leven vroegtijdig kan eindigen, dus ik had geen reden om te klagen. Ik mocht blij zijn dat ik nog de kracht bezat om aan het leven deel te nemen. Meer en meer kwam ik tot het besef dat de dood een monster is dat lelijk en zonder begrip, klaarziend van haat, je je van het leven komt beroven. Tot mijn verbazing sprak ik mijn gedachten luidop. Smithson gaf me nog een rechtse voor mijn raap. Eentje om het af te leren. Gans mijn gezicht was uit model, voelde de pijn, doch was dankbaar dat ik bestond.

‘De dood,’ zei Smithson, ruikt naar een lekker meisje en is zacht als borsten. Wat jij voelt, is het enzym, dat momenteel de laatste schellen van je hart aan het pulken is.’

Plots kreeg ik het benauwd. Waar was de rest van het gezelschap? Waar was Amillifanto? Ik zocht in mijn geest naar beelden, maar ze kwamen niet. Ik kon mezelf niet zien. Wie en hoe ik was en werd opgeslokt door de muren die naar me staarden.

‘Wat is het enzym, in godsnaam Smithson, help me.’ Smeekte ik, doch wist dat ik er niet alleen voor stond. Smithson stopte mij een boek in de handen van een zekere professor Benno Von Büddenbrook. Hij had het enzym ontdekt. Volgens Smithson was Benno Von Büddenbrook één van de grootste genieën van onze tijd. Hij heeft de mens geleerd hoe je op een vruchtbare manier met het enzym kan omgaan en hoe je het kan bestrijden wanneer de pijn onhoudbaar wordt. Het enzym zou mij veel leren over mezelf, mijn heimelijke verlangens. Het zou me doen nadenken over de tijd, over vergetelheid en herinnering, over puin en het einde van het puin, over het zwijgende spreken en de vrijheid van het lichaam, over het nut van krankzinnigheid, over hervormen en herscheppen, over de sterren die je naar de diepe afgrond lokken en over sterren die je de hemel doen afturen, in de eerste plaats de hemel der ideëen. Het enzym leek mij een machtig wapen als je het goed kan hanteren.

Smithson legde mij uit dat hij de bezieler is van de beweging ‘Minder dan niks.’ Het betreft een beweging die het systeem waarin we vertoeven probeert te verslaan. Zo zijn er twee manieren: Of je geeft je over aan het systeem of je past je tijdelijk aan, om het systeem doordacht te bestrijden.

Volgens Smithson bevond zich in deze gedachte het geheim om te streven naar controle en vrijheid. Toen Smithson aan de zoom van mijn bed, zijn filosofieën uit de doeken deed, kon ik mij niet meer beheersen en had zin om ten strijde te trekken. Smitson maande mij aan om geduld uit te oefenen, daar er nog heel wat werk aan de winkel was. Om het enzym goed te gebruiken moet je bovenmenselijke inspanningen leveren, bovendien kon het zijn dat het enzym in een ver stadia in mijn lichaam was uitgezaaid. Zo ver, dat de enige mogelijkheid, de vernietiging was. De boksmatch was een soort van experiment om na te gaan welke gedachten het enzym in mijn hoofd activeert. Eindelijk kwam er een deel van de verlichting waar ik mijn gehele leven naar op zoek ben geweest.

Het gevoel was geen te verwaarlozen strompeling, maar een moment van beheerst genot.

Share/Save
Anonymous users will be subscribed with the selected preferred language. They will receive newsletters in this language if available. Registered users will be subscribed with their preferred language as set on their account page.

de max!

Nieuwe reactie inzenden

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.